Langs de Vlaamse gewest- en autosnelwegen is vorig jaar 2.358 ton zwerfvuil opgeruimd. Dat is ruim 20 procent minder dan in 2016. Het gaat om de vierde daling op rij. Volgens de ‘Ninoofse zwerfvuiljagers’ klopt dit hoera-bericht echter niet met hun ervaringen tijdens de verschillende grote en kleine opruimacties die zij ondernemen.
Wellicht hebben de beide partijen gelijk. De metingen van de Vlaamse overheid zullen wel kloppen, maar deze gelden enkel de gewest- en autosnelwegen. Daar is het aantal camera’s de afgelopen jaren fors toegenomen, zodat de pakkans voor de zwerfvuileriken sterk is verhoogd.
Langs de gemeentewegen – en zeker langs de stille wegen – waar minder of geen toezicht is, stel je die daling niet vast. Bovendien zijn we meer alert geworden voor dit soort afval, dat voor een groeiend aantal mensen een doorn in het oog is.
Vraag is: “Wat doen we eraan?”
In eerste instantie kan de industrie het aantal verpakkingen nog fors verminderen. Daarnaast blijven het sorteren en scheiden van afval belangrijk. Vlamingen zijn daarin koplopers (als ’t goed is mag je dat ook zeggen). Uit onderzoek van de Ovam blijkt dat een derde van het zwerfvuil uit blikjes en plastic flesjes bestaat. Zet daar statiegeld op en heel wat mensen zullen wel twee keer nadenken alvorens ‘geld’ weg te gooien. Wallonië wil 5 eurocent per ingeleverd blikje betalen. Intussen hebben al 88 Vlaamse gemeenten zich aangesloten bij de Statiegeldalliantie, het samenwerkingsverband dat de Vlaamse (en Nederlandse) regering wil aansporen om statiegeld in te voeren op plastic drankflessen en blikjes. Volgens een enquête van Test-Aankoop is ruim twee derde van de consumenten daar ook voorstander van. Woensdag 28 maart mogen de gemeenteraadsleden uitmaken of ook Ninove toetreedt tot die alliantie.
Heel wat aandacht gaat naar een derde maatregel: de bewustmaking. Ik stel mijn hoop hier niet op de soms infantiele spotjes van de Ovam, maar veeleer op de grote aandacht die deze thematiek krijgt in het onderwijs. Maken dat kinderen geen zwerfvuileriken worden omdat ze zorgzaamheid en netheid vanzelfsprekend vinden, is op termijn de beste investering.
We kunnen natuurlijk blijven kankeren en foto’s van kleine en grote clandestiene storten op de sociale media posten, maar dat brengt geen zoden aan de dijk. Opruimen is de boodschap, want vuil trekt ander vuil aan. Sinds jaar en dag doet Ninove op dat vlak behoorlijk wat inspanningen, maar het is voor de onderhoudsploegen soms dweilen met de kraan open en zeker frustrerend als geen dag later opnieuw afval ligt in de berm die ze pas hebben opgekuist.
Aanvullend daarop zijn burgerinitiatieven als de Ninoofse zwerfvuiljagers ontstaan: een positief signaal van gewone burgers die de handen uit de mouwen willen steken. Hun acties zetten ook anderen aan, als een goedaardig virus.
Maar we maken ons voorlopig best niet te veel illusies. Je moet al van een andere planeet komen om niet te weten dat zwerfvuil niet past; toch blijven sommigen hardnekkig vasthouden aan slechte gewoontes. Het gaat van het nonchalant weggooien van een wikkel of een blikje tot het bewust dumpen van een hoop troep, liefst bij nacht en ontij als niemand in de buurt is. Zolang ze niet worden betrapt en gesanctioneerd, zullen ze dit blijven doen. Speurwerk, sociale controle en wellicht ook verplaatsbare camera’s kunnen soelaas bieden.
En het kan echt anders. Neem maar eens deel aan de wandelingen van de Padstappers of de Heidetochten met ettelijke honderden, vaak een paar duizend wandelaars. Zwerfvuil, que?