NINOVE – Het Forza-raadslid wou tijdens de gemeenteraad van 12 december meer uitleg over een pedagogische studiedag, die de stad voor (zorg)leerkrachten en directies van alle Ninoofse basisscholen in november had georganiseerd.
Tijdens die pedagogische studiedag stonden de contacten met ouders met een diverse achtergrond centraal. Ilse Malfroot wou van onderwijsschepen Joost Arents (Onafh.) achtergrondinformatie over dit initiatief.
Taal
Uit diens antwoorden bleek, dat scholen en leerkrachten heel veel inspanningen leveren, maar dat nog een hele weg is te gaan. De contacten met de anderstalige ouders lopen soms moeilijk.
“Mijn boodschap is positief bedoeld”, verduidelijkte Ilse Malfroot. “Heel wat leerkrachten zitten echter met de handen in het haar omdat dit een groot probleem vormt. 29,7 % van de kinderen in onze basisscholen heeft een anderstalige thuis, tegenover 19 % voor onze hele provincie en dat uit zich op alle vlakken.”
Voor haar deed de stad te weinig en legde de taalproblematiek een gigantische druk op de leerkrachten. Ze brak ook een lans om zomerscholen te organiseren.
Indicatoren
Schepen Joost Arents erkende de taalproblematiek. “Het aantal indicatorleerlingen (*) is van 33 % in 2017 gestegen naar 51 % in 2021.; voor De Lettertuin is dat zelfs 75 %. De leerkrachten doen meer dan hun best. Zomerscholen hebben we een keer met vrijwilligers geprobeerd, maar de leerkrachten zaten nadien zowat op hun tandvlees. Directies en leerkrachten zijn er elke dag mee bezig, niet alleen met de taalproblematiek.”
Elders werken zomerscholen wel goed, dus aan goede praktijkvoorbeelden geen gebrek.
Dat vond ook Ilse Malfroot: “Ga ermee aan de slag, want het is nodig. En de ouders van die kinderen zijn ook van belang: daar start het. In 2018-2019 waren 1.181 mensen ingeschreven voor Nederlands tweede taal (NT2), terwijl maar 427 cursisten kwamen opdagen. In 2019-2020 waren dat respectievelijk 984 en 376; in 2020-2021 kwamen maar 375 van de 896 naar de les. Alles is gratis, maar als ze naar de Nederlandse les moeten gaan, komt maar een derde opdagen.”
Het hele debat kun je hierbij (her)bekijken.
MLI
(*) Een indicatorleerling is een leerling, waarop minstens één van de volgende indicatoren van toepassing is:
– het gezin heeft een schooltoelage ontvangen in het vorige schooljaar of het gezin heeft een beperkt inkomen;
– de moeder heeft geen diploma secundair onderwijs of getuigschrift van het zesde middelbaar.
De thuistaal van een kind is geen indicator meer (behalve in Brussel).
