NINOVE – Op voorstel van Guy D’Haeseleer (Forza Ninove) zal de stad intekenen op de huisdierensticker, die de Vlaamse regering aanbiedt. Niet alleen de inhoud van diens voorstel was interessant, maar minstens evenzeer de manier waarop de stemming daarover gebeurde.
“Mensen kunnen deze sticker op hun raam kleven en aan de hulpdiensten aangeven hoeveel huisdieren ze hebben”, aldus D’Haeseleer. “Op deze manier maken ze het deze diensten gemakkelijker om niet alleen mensenlevens, maar ook meer dierenlevens te redden.”
Verschillende gemeenten maken nu al gebruik van deze sticker. “De Vlaamse Regering biedt deze uniforme sticker nu ook aan voor alle steden en gemeenten. De Vlaamse overheid draagt volledig de drukkosten. De stad moet alleen maar zorgen voor de verspreiding ervan.”
De bevoegde schepen Katie Coppens (SP.A-Groen) gaf aan dat ze daarmee al een tijdje bezig was. “We bespraken dit vorig jaar met de commandant van de brandweer. Maar omdat er een Vlaamse regeling op komst was, hebben wij dit even in wacht gezet. Op 08 mei jongstleden ontvingen wij een brief van minister Weyts (N-VA). We beslisten om dit volgende week op het schepencollege te brengen en als stad daarop in te tekenen. Vanaf september willen we die sticker dan zo breed mogelijk verspreiden.”
Stemming
Daarmee was de kous niet af, want Guy D’Haeseleer vroeg een stemming over zijn voorstel. Onzekerheid rimpelde door de meerderheid en ook de schepen was even van haar à propos. Niemand kon tegen dat voorstel zijn, maar dat het van Forza Ninove kwam was blijkbaar een brug te ver. Gemeenteraadsvoorzitter Dirk Vanderpoorten (Open VLD) was evenwel kordaat: “Een raadslid heeft het recht om de stemming te vragen over zijn voorstel.” Reglement is reglement.
En dus volgde de stemming: unaniem aanvaard. Guy D’Haeseleer bedankte met een brede glimlach de meerderheid voor de constructieve houding.
En kijk, het voorhangsel van de tempel scheurde niet en de ruiters van de apocalyps bleven rustig verder kleurenwiezen. De honden hadden geblaft, de karavaan trok verder.
MLI
