NINOVE – Toen wij Pieter De Moor enkele weken terug spraken over zijn deelname aan ‘Homo Universalis’, hoopte hij er niet van bij het begin uit te liggen. Inmiddels zit hij bij de laatste 70 en heeft hij zijn doel bijgesteld: “Bij de laatste 50 eindigen zou mooi zijn en alles wat daarop volgt is meegenomen.”
Eigenlijk is Pieter nog niet zoveel in beeld geweest. “Voorlopig gaat het heel goed en dus kom je niet zo snel in de focus van de camera.”
Dat was ook het geval in aflevering 68 van woensdagavond 20 oktober. Dat balletje trappen was echt een makkie, behalve voor muziekleerkracht Jessica.
Proeven
“Al ben ik toch enkele keren door het oog van de naald gekropen hoor. Opdrachten, die ik verwacht goed aan te kunnen, vallen soms tegen. Quizvraagjes en woordspelletjes leveren normaal geen probleem op. Maar ze weten toch altijd een addertje onder het gras te stoppen.”
De opnames gebeuren telkens tijdens het weekend, a rato van 6 opdrachten per dag, tussen 9 uur en 20 uur. Wat opvalt: naarmate de wedstrijd vordert, wordt meer tactisch gespeeld.
“Je moet natuurlijk niet al jouw kaarten op tafel leggen. Echte afspraken bestaan er niet, maar voor proeven met twee kies je vaak een vaste partner. Toch blijft het toeval zeer groot, want de verdeling in groepen bijvoorbeeld gebeurt altijd door lottrekking.”
De leukste proef tot nu toe was sprinklerproef. “Het water opvangen in onze poncho en daarmee een fles vullen tot je aan het pingpongballetje kon. Ook de appel uit het water halen met je mond ging vlot. Dat deden we indertijd al bij de jeugdbeweging. De moeilijkste was de puzzel, waarmee we het logo van ‘Homo Universalis’ moesten vormen. Het was een kwestie van ruimtelijk inzicht, je zag het of niet.”
Rustig
“Soms denk je: dat zal hier rap gefikst zijn en andere keren moet je toch goed doordacht te werk gaan. Zoals die lettertjes in de soep, waarmee je ‘Homo Universalis’ moest maken. Dan is het een kwestie van rustig blijven. Meestal heb je meer stress dan je verwacht, zeker als de cameraploeg dichterbij komt. Maar in de gevarenzone ben ik nog niet echt geweest.”
En dus doet Pieter nog altijd mee voor de titel van meest universele mens.
“Ik heb niet echt een doel voor ogen, al zou ik toch graag bij de laatste 50 kandidaten zijn. Maar eigenlijk is het vooral tof om je te laten verrassen met wat er komt en hopen, dat je het kunt.”
Het blijft een unieke ervaring. “In die fase van de wedstrijd krijg je ook een betere kijk op de deelnemers en zij op jou. De sfeer wordt persoonlijker, het is jammer als er alweer iemand afvalt. Dat zie je aan de reacties, die soms zeer emotioneel zijn. Je wilt er immers niet uitliggen en dan komen er snel een vloek of een traan. Het is hoe dan ook grensverleggend en haalt je uit jouw comfortzone.”
Info: Homo Universalis.
MLI