NINOVE – Het is technisch mogelijk om in bepaalde zones ’s nachts terug openbare verlichting te voorzien. De N-VA vraagt hieromtrent een snelle beslissing van het schepencollege.
De openbare verlichting is over het hele Ninoofse grondgebied gedoofd tussen 23 uur en 5 uur, behalve op vrijdag en zaterdag. Gemeenteraadslid Karolien De Roose (N-VA) vroeg tijdens de gemeenteraad van 23 januari om die beslissing te herzien.
Gerichte aanpak
“Het doven van de openbare verlichting is gevaarlijk voor fietsers en voetgangers en zorgt voor onveiligheid en ongezelligheid in de binnenstad en het centrum van de deelgemeenten. Een meer gerichte aanpak zou al een belangrijke verbetering zijn. Daarbij zou de verlichting in bepaalde straten niet worden gedoofd en de periode voor het doven van openbare verlichting ingekort.”
Volgens de bevoegde schepen en de burgemeester was een gerichte aanpak niet mogelijk omdat Ninove met andere steden en gemeenten deel uitmaakt van een cluster. Het was alles of niets en differentiëren tussen straten was technisch onmogelijk of zou heel belangrijke investeringen vergen.
Differentiëren
In tegenstelling tot die verklaringen in de gemeenteraad is een gerichte aanpak volgens Steven Vanden Berghe (voorzitter N-VA Ninove), ondertussen wel mogelijk.
“Uit een recente beslissing in Aalst blijkt, dat de technologie ondertussen bij Fluvius voorhanden is om met een minimale ingreep bepaalde zones ’s nachts opnieuw te verlichten. De N-VA Ninove vraagt, dat het schepencollege snel een beslissing neemt en gebruik maakt van die nieuwe technologie, zodat we tijdens de zomermaanden opnieuw een gezellige en veilige binnenstad hebben.”
Fluvius
“Het betreft geen nieuwe technologie”, aldus schepen voor openbare werken Wouter Vande Winkel (Samen). “Het is wel een nieuwe aansturing op cabineniveau, die Fluvius mogelijk heeft gemaakt door het plaatsen van een zogenaamde PROM. Deze overrulet de normale centrale aansturing; het is een manuele ingreep en dus geen nieuwe technologie. Net als Aalst maakte ook Ninove hiervan gebruik voor het laten branden van de lichten in de binnenstad tijdens carnaval. In die zin is het inderdaad nieuw, maar ook Ninove maakt al gebruik van die optie.”
Of de stad daarvan in de toekomst nog zal gebruik maken voor aanpassingen van het brandschema, zal na Pasen in de definitieve evaluatie van het project worden bekeken.
“Bovendien is het weliswaar een nieuwe optie in de aansturing, maar het vraagt wel een manuale interventie op cabineniveau. Om een idee te geven: voor carnaval moesten 49 cabines worden gemanipuleerd, enkel voor de binnenstad. Aanpassingen zijn dus mogelijk, maar persoonlijk ben ik wel voorstander van uniforme brandschema’s op regionaal niveau.”
MLI
